Albert Goethals

Albert Goethals

“Chaleureuse comme la Flandre”

Een zomerse avond hoog op het terras ten huize Albert en Christiane Goethals, net buiten het centrum van Knokke, nog voor even met zicht op de polders. Ik ben er te gast op uitnodiging van een gemeenschappelijke vriend, Peter Demuynck. Een glas witte wijn wordt geschonken en later wordt door de gastheer een sigaar opgestoken. Een uitgebreide collectie publicaties wordt me getoond waaruit blijkt dat meer dan één mens schuilt in Albert Goethals. Een beeldhouwer, een schilder, een boetseerder, een kaligraaf, een poëet, een vader, een voormalig Electrabel-medewerker, een echtgenoot, een minnaar, een Knokkenaar. 82 jaar is al. Zijn leven wordt momenteel een beetje gedomineerd door zijn nieuwe knieën. Maar dat is hier vandaag bijzaak.

In zijn hall worden we verwelkomd door ‘Onzichtbare Raaklijn’ een poëtisch meesterwerkje, muren en kasten vol schilderijen, beeldhouwwerken en -werkjes en keramiek. De mens ademt kunst, nochtans niet iets wat hem met de paplepel werd meegegeven of wat hij op school heeft geleerd.

“Ik ben autodidact,” zegt hij trots. Schilderen heeft hij zowat altijd gedaan maar pas in 1967 toen hij een jaar of 35 was, kwam hij voor het eerst met zijn werk naar ‘buiten’, in het Casino van Knokke dan nog wel. “Als je daar een eerste keer mag exposeren, ben je blij.” Hij won er meteen de Grote Prijs Schilderkunst Knokke. Albert Goethals kende in zijn jongere jaren een paar Knokse schilders persoonlijk, woonde in de Judestraat schuin tegenover Luc Peire, ging wel vaker galerijen en exposities bezoeken en zette zo de stap tot een eerste deelname aan een wedstrijd. Het was een periode waarin zijn werken nog ‘herkenbare landschappen’ weerspiegelden. Zijn eerste prijs werd het begin van meer en na zijn eerste figuratieve periode, volgden ‘andere’ periodes. “In den beginne schilderde ik polders en zee maar om een marine te schilderen moet je niet veel kunnen. En ik wou niemand na doen dus ben ik mijn eigen weg beginnen volgen.” Een beetje proberen, noemt hij het voorzichting. Voor zichzelf. “Maar wanneer is een werk goed genoeg, voor jezelf,” vraag ik hem? Het is een vraag waar Albert ons (nog) geen antwoord op geeft. “Ik ben autodidact,” herhaalt Albert terwijl we nippen van onze wijn en een vertegenwoordiger van WikiArt hem belt voor een interview. “Les heeft hij nooit gevolgd. Want in het werk van iemand die les volgt, herken je altijd het patroon van de leraar,” zegt zijn vrouw. Er blijkt geen verklaring te zijn, over het hoe en waarom hij tot het schilderen is gekomen. “Het schilderen van thuis uit meegekregen? Neen hoor,” lacht hij mijn vraag weg. “Van geen mens. En ook nu, heb ik vier kinderen en acht achterkleinkinderen maar geen opvolgers. Misschien is dit wel jammer maar zoiets kan je echt niet forceren. Dat gevoel…dat kan je niet forceren.”

Bam, het is gevallen. Gevoel. Het woord waar het hier tijdens dit gesprek allemaal om draait. Dat gevoel heeft Albert altijd al in zich gehad. “Ik was een dromer,” zegt hij. “Als kind al, op school in Brugge moest de Frère me geregeld toespreken ‘Goethals, je ligt in de armen van Morpheus’.” De dromerige jongen werd een begenadigd schilder. Maar ook een vader van vier waardoor hij nooit alleen voor de kunst ging, maar ook voor de standvastigheid van het werk bij de Ebes. Waardoor er soms niet genoeg tijd was om te schilderen en te schrijven. Terwijl Albert eventjes aan de telefoon is en Peter en ik klinken op de kennismaking met Albert, vertelt Christiane, met de twinkel in de ogen, over een van de grote momenten van Albert, een expositie in Oud-Turnhout toen pianiste Fleur Claesen een concerttentoonstelling gaf en zich op de piano liet omringen door kunst van artiesten die in het S.M.A.K. in Gent hadden geëxposeerd. De pianiste stond erop dat ze tijdens haar concert ook door een werk van Albert zou omringend worden. Het liet een diepe indruk op hem na. En ze vertelt over OostKustKunst. De tentoonstelling loopt momenteel in het Cultuurcentrum Scharpoord nog tot 21 september 2014. Albert nam aan alle vorige edities deel. We snuisteren samen door de voorbije catalogussen. ‘Opendeur op een andere wereld’, olieverf op doek, luidt de titel van enkele jaren terug. De tijd van de marines was toen duidelijk al voorbij. Welke leeftijd Albert ook had, lacht zijn vrouw. “Zijn werk bleef altijd jong. Hij bleef evolueren.” Albert sluit terug aan bij ons gesprek. We belanden in de jaren ’80, een periode waarin Albert ‘fantastische figuren schildert uit de gedeeltelijke onderwereld’. In de Franstalige pers wordt het werk van Albert omschreven als ‘chaleureuse comme la Flandre’. “De Noordzee was toen geen marine beeldje meer maar de zee zoals ze is in mijn gedachten.” Is alle kunst autobiografisch, vragen we nog. “Meestal…tenzij je marine schildert.”

Bekende fans had hij, Albert Goethals. Dokter Mattelaer. “Ik was fan van hem en hij van mij. Hij heeft veel werk van me gekocht, elke keer ik exposeerde.” Op de commerciële kunstwereld heeft Albert heel wat kritiek. “Er zijn te veel sjacheraars in de kustwereld. Er zijn kunstenaars die wereldwijd bekend zijn maar moest je weten wat ze moeten weggeven van werk. En de kosten…50% voor de galerij, dan nog je materiaal en je werk…er blijft voor de kunstenaar niet veel over. Ik ben me op een bepaald moment zelf beginnen organiseren. Ik huurde elk jaar een zaaltje op de Zeedijk in het hotel van vader Geerinckx en zo ben ik in het Knokse beter bekend geworden.” Bekendheid is vandaag niet meer aan de orde. “Ik kom ik niet meer veel buiten. Ik ben geboren en getogen in Knokke. Ik ben de pater familias en de nestor van de wijk. Maar als ik vandaag op straat loop, ken ik niemand meer en de straat waarin ik als eerste mijn huis heb gebouwd is nu vol geplaatst.” Hij heeft veel voldoening uit zijn werk gehaald, zegt hij nog. “Toen ik een schilderijtje verkocht aan een dametje voor 3000 frank en gezind was als een haas. Toen in Oostende mijn werk te zien was tussen kunstenaars uit heel België en mijn naam als laatste werd afgeroepen omdat ik gewonnen had. Toen ze in het binnenland een jonge kunstenaar verwachten maar vreemd opkeken toen bleek dat het winnende werk door een man van 60 jaar was gemaakt…”

Het dichten is als een supplementje die erbij is gekomen. “Ik schreef mijn eerste gedichten toen ik 20 jaar was in het gazetje van de soldaten.” LUKRAAK heet huidig zijn handgeschreven boekje. Peter leest er uit voor. Emotioneel, erotisch, soms triestig. “Soms je kan maar pennen als je triestig bent. We zijn in ons familie allemaal een beetje gevoelig. Ik heb een broer die kon roepen en vloeken, om beschaamd bij te zijn, maar hij moest nog maar peinzen aan zijn kinderen en hij begon te wenen. In gedichten geef je een stuk van je leven bloot, nog meer dan in een schilderij.” Met zijn gedichten werd hij niet zo bekend maar hij is daar content mee. “Ik moest ook nog gaan werken en tennissen. Ik sportte ook veel. En na mijn werkuren bij de Ebes ging ik nog ‘s nachts werken in het Casino, zoals alle Knokkenaars toen deden. Ik heb Yoko Ono gekend in haar jonge jaren, de Nacht van Experimentele film meegemaakt waarop ze rondliepen in hun bloten, Hugo Claus gezien, Charles Aznavour en Gilbert Bécaud, ik heb vader Nellens gezien net voor het moment dat hij op scène moest, bang om te speechen. Kunstenaar zijn, is ook een vak…” Toch won hij ook met zijn dichtwerk prijzen. “Ik had nog nooit iets gepubliceerd,” zegt hij. “Ik nam deel aan een wedstrijd en ik had prijs.” Onzichtbare Raaklijn was de titel. En er volgde een echte publicatie. In het ledenblad van De Bond. Hij had Christiane leren kennen. Schreef haar een gedicht. En liet het als verrassing voor haar in het blaadje plaatsen. Ze leerden elkaar kennen, toevallig, zoals het leven gaat, bij Patrick Rommel in de Oosthoek tijdens een partijtje Bridge… Zeventien jaar zijn ze ondertussen samen maar ze hebben nog de flair van een jong koppel en doen niets liever dan er samen op uit te trekken met de fiets. “Van hier tot in Frankrijk langs de oceaan heen en terug 2500 km, de route van Compostella, naar Berlijn en naar Dresden… Wist je dat er een fietsroute loopt van Boulonge tot Sint-Petersburg, die er is gekomen met de steun van de Europese Gemeenschap. We hebben die gevolgd, zijn vertrokken in Sluis en reden helemaal tot in Berlijn, zonder plan. Onderweg sliepen we in B&B’s, al hebben we tijdens een van onze ritten doorheen Frankrijk ook eens in het huis van een medewerker van de burgemeester van een klein dorp geslapen. Alles was er gesloten en ze nodigden ons thuis uit. In Frankrijk kom je zoiets nog tegen.”

Terug naar zijn kunst…Over Alberts schilderijen en beeldhouwwerk wordt hetzelfde geschreven als over zijn gedichten. “Het werk straalt van poëzie, fijngevoeligheid en breekbaarheid.” Hij toont me een abstract stuk kunst, gemaakt uit een materie die hij niet nader wil omschrijven. Het is geen schilderij en het is geen keramiek – het blijkt karton te zijn – vierkante vlakken gescheiden door witte spaties. “Vertel me eens hoe breekbaar dit is,” zegt hij me. En plots zie ik de vlakken als een vorm van weerspiegeling van een hart dat gebroken is, maar waarvan de vormen nog samen passen zodat het nog klopt, weliswaar beschadigd. Het doet zowaar zeer als ik eraan terug denk. Het werk is een deel van een drieluik die hij nooit heeft willen wegdoen. Afscheid nemen van een werk is sowieso iets wat hij moeilijk kan. Ze zijn deel van hem. Wanneer is een werk goed genoeg, vroeg ik daarnet. Voor jezelf? Het blijkt nu, aan het einde van dit gesprek duidelijk… Als je iets uniek hebt gemaakt. Iets wat niet is te kopiëren. Omdat je iets hebt gemaakt van uit jezelf. Vanuit je eigen gevoel.

De fles wijn is leeg. De werken bekeken. De gedichten gelezen. Ik ga naar huis. Albert heeft me heel zijn leven verteld, in anderhalf uur, en, zegt hij. “82, dat is een heel leven.”

Dank Albert en sta me toe, hier te eindigen met een kwetsbare quote:

“Ik leg de bodem van mijn hart in de plooi van je hand…” – Albert Goethals.

 

 

 

 

 

 

 

*************************************************************************************************************

1 thoughts on “Albert Goethals

Plaats een reactie